Biologische controle
Er zijn verschillende biologische bestrijdingsmogelijkheden voor bladluisplagen. Enkele veel voorkomende biologische bestrijdingsmiddelen (BCA's) zijn groene gaasvliegen (Chrysoperla carnea, C. rufilabris, Chrysopa spp.), bladluismuggen (Aphidoletes aphidimyza), sluipwespen (Aphidius colemani en Aphidius matricariae) en lieveheersbeestjes (Hippodamia convergens). Zie Bijlage 1: Nuttige Organismen voor meer BCA's en leveranciers.
Een studie uit 1998 toonde aan dat groene gaasvlieglarven zich niet zo goed verspreiden als de sluipwesp Aphidius colemani. (3) Om een gelijke bladluisonderdrukking te bereiken, moeten meer van de langzamer bewegende soorten moeten worden geïntroduceerd en vanaf meer punten (gaasvleugels moeten op elke bank worden losgelaten omdat ze niet naar aangrenzende banken kunnen bewegen, voor voorbeeld). Een studie uitgevoerd aan de Colorado State University vergeleek de effectiviteit van sluipwespen, bladluismuggen, lieveheersbeestjeslarven en groene gaasvlieg larven. (4) De onderzoekers ontdekten dat gaasvliegen beter presteerden bij hoge temperaturen, terwijl bladluismuggen en lieveheersbeestjes beter presteerden in koelere temperaturen. temperaturen. Bij alle temperaturen was Aphidoletes de beste van de vier in het bestrijden van bladluizen.